Wat voor type snowboard- of skileraar ben jij?

Zes verschillende type snowboard- en skileraren die iedereen wel herkend. Welk type ben jij?

1. Vroeg naar bed zodat je de volgende ochtend voor de skiles de eerste sporen in de sneeuw kunt zetten
Je hebt van het skiën of snowboarden je beroep gemaakt zodat je ontelbare pistekilometers kunt maken. Het liefst sta je ‘s ochtends, al voor dat de liften open gaan, voor de hekken te wachten. De eerste lift naar boven is voor jou. Zodra je boven bent gaan gelijk je ski’s aan en zet je de eerste sporen in de vers geprepareerde piste. Een uur later moet je lesgeven. Om 15:00 uur is de les afgelopen en weet je niet hoe snel je weer de lift naar boven moet nemen om optimaal van het laatste uurtje van de dag te kunnen genieten. ‘s Avond ga je vroeg je bed in om ook de volgende dag als eerste bij de lift te zijn.

2. Poeder komt voor alles!
Direct na je wakker bent geworden schuif je de gordijnen opzij om te zien of het gesneeuwd heeft. Zodra je de dikke vlokken sneeuw naar beneden ziet dwarrelen bedenk je je geen seconden. Je trekt zo snel je kunt je vrije tijd skikleding aan en stops het pak van de skischool in je tas. Het ontbijt sla je over, dat kan morgen ook. Met twee paar ski’s op je schouders ren je op je skischoenen naar de skilift. Je vrienden en collega’s staan al met een grote grijns op hun gezicht op je te wachten.

Boven op de berg laat je het pak van de skischool en de ski’s waar je op les moet geven bij het restaurant achter. Op de dikke freeride ski’s glijden jullie een paar heerlijke poederafdalingen tegemoet. Na twee afdalingen wissel je jouw kleding om met het pak van de skischool en maken je freeride ski’s plaats voor je piste ski’s. Zodra je klaar bent met je les wissel je alles weer om en verruil je zo snel mogelijk de piste voor de onverspoorde hellingen daarnaast.

3. Zonnebril op in de ochtend omdat het de dag ervoor net iets te gezellig was in de après-ski
Wanneer je ‘s ochtends in de spiegel kijkt besef je je dat het de avond ervoor iets te gezellig was. Onder je ogen zie je twee donkerkleurige wallen. Een stevig ontbijt, voldoende koffie, extra lang tandenpoetsen en een kauwgummetje wissen de sporen van de avond doorvoor uit. Gelukkig kunnen we als sneeuwsportleraar, ongeacht het weer, altijd een zonnebril dragen en door de frisse berglucht zijn we voor de eerste les van start gaat alweer helemaal de oude.

Ondanks dat je die ochtend jezelf nog hebt beloofd om voorlopig even niet meer naar de après-ski te gaan, sta je diezelfde middag nog luidkeels mee te zingen aan de bar.

4. De enige kleding die je hebt is het lerarenpak
Aangekomen in het wintersportdorp zorg je er als eerste voor dat je het lerarenpak bij de skischool ophaalt. Veel andere kleding heb je niet bij je. Het liefst slaap je nog in het felrode outfit. s’ Ochtends vroeg gaat het pak aan en een kleine twaalf uur later, na een gezellige après-ski, moet het pak dan toch echt uit om onder de douche te stappen.

5. Gek op rare liedjes en snottebellen
Vol spanning sta je op zondag ochtend bij de skischool af te wachten met welke groep je deze week mag skiën. Een stemmetje in je hoofd zegt herhaaldelijk: “Geen volwassenen, geen volwassenen!”. Na een paar spannende minuten wordt er opgenoemd dat jij die week weer met een groepje kinderen op pad mag. Dol gelukkig dat je bent ga je vol goede zin naar de piste om daar te wachten op de kinderen. Hoe meer snottebellen hoe leuker jij het vindt. Als de kinderen vallen dan trek je een sprintje de berg op om ze weer rechtop te zetten. Laat dat serieuze gedoe met volwassenen maar aan je collega’s over.

6. Allergisch voor kleine kinderen
Dat gedoe met die kleine skietjes die de kinderen niet eens zelf aan kunnen krijgen is niks voor jou. Jij wilt het liefst alleen lesgeven aan volwassenen. Geen snottebellen en huilende kinderen in jou les. Tijdens de middagpauze heb je de tijd om goed te lunchen en hoef je niet op acht kinderen te letten. Je gasten trekken zelf hun ski’s aan en hebben er geen moeite mee dat hun ouders er niet zijn om te kijken. Je hoeft niet met een hoog stemmetje te praten en kunt het gewoon hebben over parallel skiën. Laat het skiën van patatjes en pizzapunten en het zingen van rare liedjes maar over aan je collega’s.

Welk type snowboard of skileraar ben jij?

Share:

Facebook
WhatsApp
Email

Related Posts

Hoe overleef ik… een broekplasser?

Vóór en dóór sneeuwsportleraren is natuurlijk het motto van ons platform. Wij delen graag onze ervaringen met jou, middels onze ‘Hoe overleef ik…’ reeks. Deze

Techniekblog ‘Hochachse’

De mens heeft verschillende assen in het lichaam om mee te bewegen. Deze bestaat uit een verticale, frontale en sagittale as. Voor het correct uitvoeren